Context
(Bouw)historie:
Het pand Nieuwstraat 20-22 is een groot breed opgezet herenhuis, met rechts een min of meer apart smal bouwdeel. De voorgevel dateert in hoofdzaak uit de vroege 19de eeuw, en het bouwvolume erachter is even oud. Het smalle bouwdeel rechts hiervan heeft een gevel van ogenschijnlijk iets latere datum, maar het achterliggende bouwdeel is waarschijnlijk ouder. Achter het hoofd-bouwdeel ligt nog een breed ondiep bouwdeel. Mogelijk is dit in kern ouder dan de voorgevel. Waarschijnlijk in de late 19de eeuw werd aan de achterzijde een eenlaags bouwdeel met plat dak en een kleine uitbouw met toiletten toegevoegd. In 1915 werd de kap van het hoofd-bouwdeel aan de Nieuwstraat gewijzigd van een a-symmetrisch zadeldak in een plat dak met een schuin dakschild aan de achterzijde. In de 20ste eeuw heeft het pand een functie gekregen als onderdeel van het complex van het Grootzieken gasthuis. Halverwege die eeuw werden in de achtergevel een aantal nieuwe gevelopeningen gemaakt. Het pand verkeert, voor zover van buitenaf zichtbaar, grotendeels in opmerkelijk authentieke staat.
Ligging:
Het pand is gelegen aan de westzijde van de Nieuwstraat in een gesloten gevelwand. De Nieuwstraat is in niet lang na 1641 aangelegd. In dat jaar werden verschillende na de reformatie in onbruik geraakte kloostergebouwen door de Raad van State verkocht. Frans Blom koopt onder andere het klooster van de Dominicanen (Predikheren), dat net ten noorden van de Binnendieze ongeveer tussen de huidige Nieuwstraat en de Sint Josephstraat was gelegen. Hij breekt het klooster grotendeels af en ontwikkelt het terrein opnieuw. Ter ontsluiting legt hij de twee genoemde straten aan.
Aanvankelijk blijft de locatie van het onderhavige pand onbebouwd, maar tussen ca. 1650 en 1750 is er een gebouw verrezen. Op de kadastrale kaart van 1823 is er een gebouw aangegeven ongeveer ter grootte van het hoofdbouwdeel aan de straat, met aan de linkerzijde een achterbouw langs de Binnendieze (waar heden ook een bouwdeel staat) en ter rechterzijde een diep pand op een naastgelegen perceel (heden het rechter bouwdeel van Nieuwstraat 20-22).
Aan de achterzijde grenst het pand aan het grote parkeerterrein van het Grootzieken Gasthuis. Het pand stond in 1823 nog op een eigen kavel met een flinke achtertuin, maar heden vormt het onderdeel van het enorme terrein van het ziekenhuis, dat tussen de Nieuwstraat en de Tolbrugstraat is gelegen.
Beschrijving
Algemeen (hoofdvorm, kap):
Het pand bestaat uit een breed opgezet hoofdvolume aan de Nieuwstraat en aan de rechterkant een iets dieper smal bouwdeel onder een aparte kap, dat diende als koetshuis. Aan de achterzijde een ondiep breed bouwdeel dat iets taps toeloopt naar rechts, en links daarachter tenslotte een bouwdeel langs de Binnendieze. Het hoofdvolume bevat een hoge begane grond, een hoge verdieping en een zolder met hoge borstwering onder een plat dak met een schild aan de achterzijde, gedekt met gesmoorde pannen. Het rechter bouwdeel bevat een lagere begane grond en verdieping, een tweede verdieping en een zolder met borstwering onder een zadeldak evenwijdig aan de voorgevel, dat is gedekt met gesmoorde en rode pannen. Het brede bouwdeel aan de achterzijde bevat voor het grootste deel een begane grond, een verdieping en een zolder, onder een zadeldak evenwijdig aan de straat met zijschilden, gedekt met rode pannen. Aan de linkerkant bestaat dit bouwdeel maar uit één bouwlaag met een plat dak. Hoogstwaarschijnlijk is dit een latere aanbouw uit de late 19de of vroege 20ste eeuw. Ongeveer achter de hoofd-ingangspartij in de voorgevel zijn de zolders van het hoofdbouwdeel en het achterliggende bouwdeel verbonden door een steekkap. Het achterste bouwdeel aan de Binnendieze bevat een begane grond en een zolder onder een zadeldak haaks op de Nieuwstraat. Dit dak is gedekt met rode pannen en heeft linksvoor nog een kleine aankapping met een plat dak. Net rechts van dit bouwdeel staat tegen de achtergevel van de brede achterbouw een kleine tweelaags uitbouw waarin toiletten zijn ondergebracht.
| 2 |
Voorgevel:
De voorgevel is een brede lijstgevel, die uit twee delen bestaat. Het grootste deel links is in baksteen opgetrokken en bestaat uit zeven traveeën, terwijl het deel rechts is gepleisterd en op de verdiepingen twee traveeën beslaat met op de begane grond een inrijpoort. Het linker deel heeft een hardstenen plint en borstwering gedekt met een waterlijst. Hierboven is de gevel gemetseld in handvorm baksteen in staand verband en voorzien van knipvoegen met dunne stootvoegen. Op de waterlijst staan forse vensters onder strekse bogen, met kozijnen met kwarthol profiel en zesruits empire schuiframen. In de derde travee van links bevindt zich de ingangspartij. Deze heeft een houten omlijsting met gecanneleerde pilasters met rozetten aan de bovenzijde en een hoofdgestel met fries en kroonlijst die zijn vooruitgezet boven de pilasters. In de opening een dubbele paneeldeur met ijzeren handgrepen, een geprofileerd kalf en een bovenlicht. Op de verdieping zijn er zeven vensters gelijk aan die op de begane grond, maar dan elk met een eigen hardstenen lekdorpel. Op de tweede verdieping bevinden zich lage mezzanino-vensters met hardstenen lekdorpels en strekse bogen en tweeruits ramen. Tussen de verdiepingen zijn tussen de traveeën balkankers in de gevel aangebracht. De gevel wordt afgesloten door een vrij sober hoofdgestel met een gepleisterde architraaf en fries, en een houten kroonlijst. Waarschijnlijk was de kroonlijst van origine rijker van vormgeving.
Het smalle geveldeel rechts heeft een gepleisterde plint en daarboven is de gepleisterde gevel voorzien van dunne schijnvoegen. Op de begane grond is er in het midden een poortopening, waarachter zich een koetshuis/garage bevindt, met een gepleisterde omlijsting met een halfrond profiel die in de bovenhoeken is afgerond en naar binnen is verlegd om cirkelvormige sierelementen op de hoeken te omlopen. De dubbele deur is rijk uitgevoerd met paneeldeuren met ijzeren handgrepen en een vijfzijdige middennaald. Ter weerszijden zijn er hoog op de begane grond twee kleine vensters met vergelijkbare omlijstingen als van de poort, met naar binnen verlegde afgeronde hoeken. De cirkelelementen in de hoeken zijn echter grotendeels verdwenen. Ook de kozijnen hebben naar binnen verzette afgeronde hoeken. Deze barokke vormgeving van de begane grond dateert van rond 1870. Op de verdieping staan op een waterlijst twee forse vensters met kozijnen met kwarthol profiel en zesruits schuiframen. Op de tweede verdieping twee gelijke vensters met aparte gepleisterde lekdorpels. Het hoofdgestel van het linker geveldeel loopt door over dit rechter geveldeel.
Zijgevels:
Het pand wordt voor het grootste deel aan beide zijden begrensd door bebouwing. Aan de achterzijde zijn er echter wel delen van de zijgevels zichtbaar. Het achterste en
| 3 |
bovenste deel van de linker zijgevel van het smalle rechtervolume is te zien omdat dit dieper en hoger is dan het hoofd-bouwvolume. Net als de hele achtergevel is deze gecementeerd. In de top staat een half uit de gevel naar voren springende gecementeerde schoorsteen van jongere datum (circa vroege 20ste eeuw). In de gevel is een verkleuring te zien die een vroegere dakhelling weergeeft van de aansluiting van het vroegere steile dak van het hoofdvolume. De rechter zijgevel van de verdieping van de brede achterbouw is ook gecementeerd, en bevat een 20ste-eeuwse opening met een dubbele deur naar het platte dak ernaast. De nauwelijks waar te nemen linker zijgevel van dit bouwvolume is in baksteen opgetrokken en bevat op de begane grond twee hoge gevelopeningen onder rollagen met bovenramen naar een kleine binnenplaats achter het buurpand. Op de verdieping twee vensters met lekdorpels onder rollagen en ramen met onder- en bovenramen.
De achterbouw aan de Binnendieze heeft gecementeerde zijgevels die grotendeels schuilgaan achter klimop. De rechter zijgevel bevat links twee vensters met kozijnen met kraalprofiel en zesruits empire schuiframen.
Achtergevel:
De achtergevels van de verschillende bouwdelen zijn gecementeerd. Net als de hiervoor beschreven zijgevels worden ze grotendeels afgesloten door houten gootlijsten.
De linker achtergevel van het smalle bouwdeel bevat op de verdieping rechts een 20ste-eeuws venster en links daarvan een kleine, jonge houten aanbouw in de hoek met het verder naar achter stekende buurpand, dat voor een kleine deel achter het smalle bouwvolume is gelegen. Op de tweede verdieping twee vensters met lekdorpels en zesruits schuiframen uit de het derde kwart van de 20ste eeuw. Rechts zijn er vlak bij de hoek met de zijgevel kleine kruisankertjes aangebracht op beide verdiepingen.
Het vrij liggende gedeelte van het hoofdbouwdeel, links op de verdieping, bevat rechts een opening met een deur uit de tweede helft van de 20ste eeuw. In de achtergevel van het brede achter-bouwdeel is er links in het eenlaags gedeelte een smalle ingang met een moderne deur, geprofileerd kalf en dichtgemaakt bovenlicht. Rechts daarvan zijn er drie grote gevelopeningen van rond het midden van de 20ste eeuw, een venster geflankeerd door twee ingangen met dubbele deuren, steeds met bovenlichten. Rechts in de gevel, net naast de uitbouw met de toiletten, is er nog een grote opening met een dubbele deur en bovenlicht. Daarboven op de verdieping een venster met gecementeerde lekdorpel, kozijn met kraalprofiel en een zesruits empire schuifraam. In de kleine uitbouw zijn er op beide bouwlagen toiletvenstertjes. In de met klimop begroeide achtergevel van het bouwdeel rechts aan de Binnendieze is er op de begane grond links een venster met een zesruits empire schuifraam, en op de verdieping een klein venster met vierruits draairaam.
Ruimtelijke indeling:
Over de ruimtelijke indeling is geen documentatie voorhanden.
Constructies:
Over de constructies is geen documentatie voorhanden.
| 4 |
Interieurelementen:
Over de interieurelementen is geen documentatie voorhanden.
Erf, bijgebouwen, diversen:
| 5 |
Motivering voor plaatsing op de gemeentelijke monumentenlijst
1. Architectonische en stedenbouwkundige waarden
Het pand Nieuwstraat 20-22 heeft stedenbouwkundige waarde vanwege de samenhang met de historische gebouwde omgeving en de historische perceelsstructuur. De gevelwanden van de Nieuwstraat vormen een fraai historisch ensemble, en ook de Binnendieze met de bebouwing erlangs vormt een bijzonder historisch geheel. Daarnaast heeft het pand aanmerkelijke architectonische waarde met een brede en statige, vroeg-19de-eeuwse lijstgevel, typisch voor een herenhuis.
2. Bouw- en/of kunsthistorische waarden
Het pand heeft bouwhistorische waarde als zijnde historisch herenhuis uit de vroege 19de eeuw, dat is samengesteld uit verschillende bouwdelen van mogelijk verschillende ouderdom. Het smalle rechter bouwdeel was van oorsprong een apart huis, en dateert waarschijnlijk ook uit de vroege 19de eeuw, maar de gevel lijkt later te zijn gemoderniseerd. Waarschijnlijk bevinden zich in het pand nog authentieke historische constructies en interieurelementen.
3. Cultuurhistorische waarden
Het gebouw heeft cultuurhistorische waarde als zijnde een vroeg 19de-eeuws herenhuis met koetshuis dat is samengesteld uit verschillende, mogelijk ten dele oudere, bouwdelen. In de 20ste eeuw heeft het pand een functie gekregen als onderdeel van het achtergelegen complex van het Grootzieken gasthuis.
Het object Nieuwstraat 20-22, bestaande uit een vroeg-19de-eeuws herenhuis met koetshuis en een brede lijstgevel, is op basis van bovenstaande criteria beschermenswaardig als gemeentelijk monument in de gemeente ‘s-Hertogenbosch
| 6 |